antwoorddatum: 26.12.2024
Het verschoningsrecht (art. 165 Rv e.v. en in strafprocedure) houdt in dat bepaalde beroepsbeoefenaren (advocaten, notarissen, artsen, etc.) mogen weigeren om te getuigen over zaken die hun cliënt hen in vertrouwen heeft verteld. Daardoor blijft de vertrouwelijke relatie beschermd. Een advocaat is verplicht te zwijgen over wat hij door de uitoefening van zijn beroep verneemt.